In de rechtszaak tussen Nederlandse crypto bedrijven en De Nederlandsche Bank (DNB), is bepaald dat de DNB grote bedragen moet terugbetalen aan de crypto sector.
Dit besluit volgt nadat de rechtbank oordeelde dat de DNB in 2021 te hoge toezichtkosten heeft berekend.
Van €4.000 tot €400.000 euro
Volgens Bert de Groot, voorzitter van de Verenigde Bitcoinbedrijven Nederland (VBNL), is deze uitspraak van groot belang. De rechtbank van Rotterdam had eerder al besloten dat de toezichtkosten van 2021 terugbetaald moesten worden. Ondanks pogingen van DNB om via de voorzieningenrechter een andere uitspraak te krijgen, hebben de crypto bedrijven uiteindelijk de zaak gewonnen. De te restitueren bedragen variëren aanzienlijk per bedrijf, van €4.000 tot €400.000 euro.
De Groot benadrukt dat deze uitspraak een forse impact heeft op de gehele crypto sector, zowel financieel als op de internationale concurrentiepositie. De hoge toezichtkosten waren een zware last voor Nederlandse crypto bedrijven, die meer regels moesten volgen dan hun Europese concurrenten door wat De Groot beschrijft als een ‘vrij verkapt vergunningsbeleid’ van DNB.
De Groot voegt toe dat ondanks de positieve uitspraak, Nederlandse crypto bedrijven nog steeds niet op gelijke voet staan met hun Europese tegenhangers, gezien de relatief hogere kosten in Nederland. Toch biedt de uitspraak perspectief op lagere toekomstige kosten.
Ondanks het verlies in de rechtszaak, reageert DNB positief. De bank benadrukt dat de rechter erkent dat hun toezicht op zichzelf adequaat was, maar dat de berekening van de toezichtkosten foutief was. DNB plant een hoger beroep in het volgende jaar, ondanks deze erkenning van hun goede werkwijze in algemene zin.